Roux

Maak zelf een basis roux:

Omdat je hier geen lekkere kant en klaar sausjes kunt kopen, zoals in Nederland, die we daar gemakshalve altijd gebruikten, moesten we er iets meer werk van gaan maken en zijn aan het experimenteren gegaan voor de bloemkool en broccoli bijvoorbeeld. Daar is deze basissaus heel erg lekker bij, maar...met wat toevoegingen kun je natuurlijk alle kanten op.

Ook gebruik je de roux om een ragout te maken.

Het is niet moeilijk, maar onthoudt altijd dat de hoeveelheden boter en bloem altijd gelijk moeten zijn.

Hoeveel bouillon je erbij doet, hangt af van wat je eindresultaat moet zijn. Voor een gebonden soep gebruik je 30 tot 50 gram boter en bloem per liter bouillon, voor een saus 40 tot 50 gram boter en bloem voor een halve liter saus, wil je een dikke saus, dan gebruik je 60 gram boter en bloem. Hieronder in een schemaatje:

Soep;                                          30 tot 50 gram boter/bloem en 1 liter bouillon/vloeistof

Saus/ragout:                              40 tot 50 gram boter/bloem en 1/2 liter bouillon/vloeistof

Dikke ragout voor kroketten:   60 gram boter/bloem en 1/2 liter bouillon/vloeistof

Je smelt de boter, en voordat deze verkleurt, voeg je de bloem er in één keer bij. 

Roer met een houten spatel tot je een papje hebt. Houd het vuur laag en blijf roeren, laat de bloem enkele minuten garen. Begin dan met het toevoegen van de vloeistof, die je van te voren hebt afgemeten in een maatbeker. De vloeistof kan koud of warm zijn. In het begin gaat er steeds een klein beetje vloeistof bij. Zodra de eerste vloeistof in de pan valt, verandert het papje in een deegje. Blijf steeds roeren, zodat  er geen klontjes inkomen. Als de vloeistof helemaal is opgenomen, giet je weer een kleine hoeveelheid vloeistof erbij, en weer roeren tot een glad papje. Naarmate er meer vloeistof is toegevoegd, kan er een grotere hoeveelheid bij. Wacht echter iedere keer tot de vloeistof helemaal is opgenomen en heeft geprutteld.